Vademecum Urologische tumoren Blaascarcinoom Behandeling gemetastaseerd blaascarcinoom

MDO

Bespreek, conform NVMO richtlijn, elke patiënt in het MDO voor start van eerstelijns­behandeling en bij elke progressie voorafgaand aan een volgende lijn van systeem­therapie. 

Chemotherapie bij neoblaas (Hautmann)

Patiënten met een Hautmann neoblaas dienen een verblijfs­catheter te krijgen in de periode dat chemotherapie (cisplatin of carboplatin) uitgescheiden wordt. Dit in verband met verhoogde terug­opname vanuit de neoblaas en hoge fluid load.

Voor carboplatin geldt een periode van 4 dagen, voor cisplatin 6 dagen.

Eerstelijnsbehandeling indien cisplatin-fit

Gemcitabine - cisplatin, 6 kuren à 3 weken (kreatinine klaring >60 ml/min):

  • Gemcitabine, 1000 mg/m2 i.v., dag 1, 8
  • Cisplatin, 70 mg/m2 i.v., dag 1

Eerstelijnsbehandeling indien cisplatin-unfit

Indien fit (ECOG / WHO PS 0-2) met primair doel snelle respons in verband met symptomatologie en/of ziekteload reductie.

Gemcitabine - carboplatin, max. 6 kuren à 3 weken:

  • Gemcitabine, 1000 mg/mi.v., dag 1, 8
  • Carboplatin, AUC 4,5 i.v., dag 1

Tweede keuze: PD-(L)1 checkpoint immunotherapie (voorwaarde CPS score >10):

  • Pembrolizumab, dosering afhankelijk van gewicht:
    • 3-wekelijks schema: <65 kg: 100 mg; 65-90 kg: 150 mg; >90 kg: 200mg
    • 6-wekelijks schema: <65 kg: 200 mg; 65-90 kg: 300 mg; >90 kg: 400 mg

Bij stabiele ziekte of beter na platinum-bevattende chemotherapie en gemcitabine doorgaan met avelumab maintenance (10 mg/kg i.v. à 2 weken).

Tweedelijnsbehandeling

Post chemotherapie (neoadjuvant of na platinum-bevattende chemotherapie voor gemetastaseerde ziekte) of na avelumab maintenance:

  • Indien patiënten progressieve ziekte hebben onder maintenance avelumab, dan is het huidige advies daarna geen anti-PD1 behandeling meer te geven, gezien het ontbreken van data hiervoor (in registratiestudie slechts 6,3% van patiënten anti-PD1 na progressie van ziekte op avelumab). Uitzondering hierop is een recidief bij een langere therapie­pauze (waarbij toxiciteit niet de aanleiding was voor het onderbreken van de behandeling)
  • Pembrolizumab, dosering afhankelijk van gewicht:
    • 3-wekelijks schema: <65 kg: 100 mg; 65-90 kg: 150 mg; >90 kg: 200 mg
    • 6-wekelijks schema: <65 kg: 200 mg; 65-90 kg: 300 mg; >90 kg: 400 mg
  • Re-introductie platinum-bevattende chemotherapie (indien een objectieve respons met progressie vrije periode van minimaal 12 maanden)

Na tweedelijnsbehandeling

Na platinum-bevattende chemotherapie en een PD-(L)1 remmer:

  • Enfortumab-vedotin (kan in beperkt aantal ziekenhuizen gegeven worden)
  • Erdafitinib, indien er sprake is van een FGFR3 mutatie of fusie in het FGFR2/3 gen. Patiënten dienen tenminste één eerdere behandeling met PD-(L)1 remmer gehad te hebben (alleen beschikbaar in centra waar ook enfortumab-vedotin gegeven wordt) 
  • Re-introductie platinum bevattende chemotherapie of tweede lijn chemotherapie overwegen (indien een objectieve respons met progressie vrije periode van minimaal 12 maanden)

Nota bene: de afweging ten aanzien van therapie­volgorde met betrekking tot enfortumab-vedotine en erdafitinib bij patiënten met een FGFR3 mutatie of FGFR2/3 genfusie, is afhankelijk van aanwezige co-morbiditeiten.